Honda extraordinair
Waar sommige automerken hun uiterste best doen om een EV zoveel mogelijk op een bestaand model te laten lijken, kiest Honda een totaal andere weg. Voor hun elektrische stadsauto kozen ze de simpele naam Honda e, maar simpel is hij zeker niet. Het is in alle opzichten een bijzondere auto. Van binnen en van buiten.
Zijn retrolook met een snufje futurisme en het ontbreken van buitenspiegels trekken de aandacht en kenners willen ook heel graag even binnen kijken. Vooral liefhebbers van aquaria. Ja, het moet niet gekker worden!
Het moet ook niet veel gekker worden met de prijs van de Honda e. Nu is het fijn om te weten dat wie deze Japanse stads-EV dit jaar koopt, in 2021 nog in aanmerking komt voor 4.000 euro subsidie, als je althans de auto particulier koopt. Dat scheelt een slok op een borrel, want met een prijs vanaf 35.330 euro is de Honda e geen prijspakker. Voor de door mij gereden Advance met 17-inch lichtmetalen wielen moet 3.000 euro meer worden betaald en dan zit de metallic witte lak met zwart dak, a raison van 660 euro, er niet eens bij.
Concurrenten
Laat ik het zo zeggen. De aantrekkingskracht van de Honda e ligt niet in zijn prijs. Zo is hij net iets duurder dan de Peugeot -208 (vanaf 34.900 euro) en een flink stuk duurder dan de Opel Corsa-e (30.599 euro) en die zijn niet alleen groter, maar kunnen ook beduidend meer kilometers op een acculading (boven 300 kilometer) rijden. Datzelfde geldt voor de Renault ZOE. En dan heb ik het nog niet gehad over de drie elektrische mini’s van het Volkswagen-concern: de VW up!, Seat Mii en Skoda Citigo. Die zijn stuk voor stuk ruim 10.000 euro goedkoper.
Retro
Je kunt van alles zeggen over de Honda e, maar niet dat hij niet opvalt. Hij is niet alleen een aandachttrekker eerste klas, maar ook een autootje dat bij iedereen direct een glimlach om de mond tovert. Hoekig, retro, maar toch niet oubollig, eerder futuristisch. Gewoon grappig. Met ronde LED koplampen en achterlichten en wat ook direct opvalt: buitenspiegels ontbreken. Daarvoor in de plaats kleine camera’s, waar normaliter de spiegels gemonteerd zijn.
Ook heel geinig is dat de deurgrepen van voorportieren naar buitenkomen en verlicht zijn als je naar de Honda e toeloopt. Die van de achterportieren zijn verborgen in het raamgedeelte.
Bovenal is de Honda e compact, nog geen 3,90 meter lang. Dus echt een stadsauto.
Aquarium!
Is het design van de Honda e apart, dat van het interieur al helemaal. Geen buitenspiegels dus, maar daarvoor in de plaats camera’s. Wat die zien wordt op de hoeken van het dashboard op kleine monitoren geprojecteerd en ook de grote binnenspiegel heeft een camerafunctie. Het is even wennen, maar dat gaat snel. Handig zijn de rode strepen op de monitor aan de bestuurderskant, zodat je de afstand van achteropkomend verkeer goed in kunt schatten. In het donker is het beeld echter wel beduidend minder.
Het digitale instrumentarium, inclusief ‘buitenspiegels’ beslaat de complete breedte van het dashboard. De indeling van de vijf schermen kun je simpel veranderen . Met een simpele druk op de knop kun je functies van plaats laten verwisselen door van het ene naar het andere scherm te swipen. En ben je even aan rust toe, druk dan op aquarium en de schellen vallen van je ogen! Een virtueel aquarium met zwemmende vissen, overigens alleen als je stilstaat.
Verder vind je LED-spotjes in het plafond, hier en daar smaakvolle houtstrips en de gebruikte materialen zien en voelen fijn.
Maar de Honda e is en blijft een stadsauto, dus de binnenruimte is beperkt. Voorin heb je, ook met 1,90 meter, voldoende ruimte, al is de zitting van de stoel kort. Op de achterbank zijn been en hoofdruimte beperkt. Zo ook de laadruimte die minimaal 171 en maximaal 861 liter bedraagt. De rugleuning van de achterbank is niet in delen neer te klappen. In ieder geval één laadkabel is onder de bagagevloer op te bergen.
Vlot
De door mij gereden Honda e is voorzien van een elektromotor met een vermogen van 113 kW/154 pk en 315 Nm koppel. Er is ook een versie met 100 kW/136 pk met evenveel koppel. Overigens ligt de motor achterin en worden de achterwielen aangedreven. Het 35,5 kWh accupakket ligt tussen voor- en achterwielen, wat in een zeer gunstige 50/50 gewichtsverdeling resulteert. Met ruim 1.500 kilo brengt de Honda e behoorlijk gewicht in de schaal, maar toch is hij in de Sport-stand heel vlot met een acceleratie van 0 naar 100 km/uur in slechts 8,3 seconden. De topsnelheid is beperkt tot 145 km/uur. De motor hoor je uiteraard niet, maar daardoor vallen windgeruis en bandenlawaai extra op.
De test begon wel ongelukkig, want de eerste ochtend wilde de auto niet starten. Heb je een flink accupakket in de auto, weigert uitgerekend de gewone accu dienst. Die was compleet leeg. Oorzaak onbekend.
Honda geeft een rijbereik voor de 113 kW/154 pk versie op van 210 kilometer (WLTP). In de praktijk bleef daar ongeveer 180 kilometer van over. De stekker ligt verborgen onder een klep in de motorkap. Die blijft open staan als je aan het opladen bent, dus is het uiterst handig dat Honda een hoes meelevert die je over de opening kunt leggen.
Mooie modus
Met slechts 9 meter heeft de Honda e een zeer korte draaicirkel, met dank aan de motor en aandrijving achterin. Je voelt best wel dat er de nodige kilo’s meegetorst moeten worden, maar het zwaartepunt ligt laag en de gewichtsverdeling is ideaal. Ook staan de wielen op de hoeken, als bij een kart, dus de Honda e gooi je met gemak een bocht om. Daarbij is de besturing lekker direct en bij de afstelling van het onderstel is een mooie modus gevonden tussen rijcomfort en sportief rijgedrag.
Standaard beschikte mijn Honda e over verkeersbordherkenning, actieve rijstrookassistentie, een noodstopsysteem, dode hoek signalering en waarschuwing voor kruisend verkeer.
Conclusie
Ik denk dat iemand de Honda e eerder met het hart dan met het hoofd koopt. Je valt voor dit bijzondere autootje of niet en is dat het geval, dan heb je misschien die ruim 35 mille er wel voor over. Weet dan dat je veel kijkers aantrekt en die willen graag ook even binnen kijken.