Door Willem van den Elskamp op maandag, 12-01-2015 in

”Jij bent geen ’Early-adopter’; jij loopt niet voorop bij alle technologische ontwikkelingen in de wereld of in de journalistiek”, hoor ik wel ’ns. Inderdaad. Eigenlijk zou ik liefst nog op mijn ouderwetse Remmington Idol het ene velletje A4 na het andere voltikken. Maar ja, ondertussen zit ik al dertig jaar te werken op toetsenborden, die gekoppeld zijn aan een beeldscherm. Wel grijp ik elke gelegenheid aan om me een beetje koket te profileren als ’digibeet’. En niet zomaar een digibeet, maar wel een cum laude afgestuurde digibetoloog…

Multiplier

Maar dit is het gedrag van een poseur; iemand die koketteert met zijn zwakheden, maar ondertussen… In de praktijk valt het wel mee met mijn digibeet-schap. Mag ik u even lastig vallen met een zwikkie voorbeelden. Toen ik beginjaren ’70 wiskunde studeerde aan de RU Utrecht zat daar bij het Mathematisch Instituut ook een cursus computer-programmeur bij in.

Computers waren toen nog grote kasten met daarin draaiende schijven ter grootte van een LP (langspeelplaat; voor de nerds van 2015: dat is de voorganger van de CD).

Bij mijn opleiding tot programmeur maakten we gebruik van Algol 60 (Algoritmic Language). We moesten een ponsmachine zodanig programmeren dat de gaatjes op de juiste plaatse in de ponskaart kwamen. Toe maar.

Feitelijk waren de destijdse computers niet veel meer dan grote, razendsnelle rekenmachines. In bedrijven waar ze met die rekenwonders, gevoed met ponskaarten of ponsbanden, werkten, werden ze dan ook vaak aangeduid als ’multipliers’. Ik hoor het zo’n kantoorklerk bij het Spoorwegpensioenfonds, waar ik ook nog heb gewerkt, nog zeggen als ze een berekening gingen uitvoeren: ”Kom jongens, we flikkeren alles in de multiplier”. Zo ging dat toen.

NieuwsNet

Toen in 1978/1979 mijn journalistieke loopbaan in een versnelling raakte, werkte ik als eindredacteur bij NieuwsNet. Dit prestige-project van VNU moest de concurrentie aangaan met Elsevier’s Weekblad, Accent, Haagse Post, De Tijd, Time, Newsweek en wat al niet.

Na de periode van dummy’s maken in de Parool-toren aan de Wibautstraat, verkasten we naar het Gelderlandplein in Buitenveldert voor het serieuzere werk: het maken van échte blaadjes.

Daar hadden we tekstverwerkers met een beeldscherm. In mijn herinnering was het zo dat NieuwsNet als eerste blad binnen VNU met zulke apparatuur werkte. Logisch natuurlijk: als je een nieuw blad begint, is het handig om daarbij de modernste hulpmiddelen in te zetten.

Saillant detail: NieuwsNet nummer 1 verscheen op 7 februari 1979. Dat was teven de ijskoude persdag van de AutoRAI 1979: de dag waarop het Zuid-Koreaans automerk Hyundai met de door Giugiaro ontwerpen Pony zijn debuut maakte in op de Nederlandse markt.

Belgenmop

Halverwege de jaren ’80 raakten de personal-computers (pc’s) in zwang. Aangezien we bij het mede door mij gerunde persburo Page Press in Bussum voor de produktie van de kant-en-klare pagina’s gebruik maakten van de drukkerij van De Gooi- en Eemlander, werd ook ik aangesloten op de geautomatiseerde tekstverwerking van het Gooise dagblad. Zodoende werd er in mijn werkkamer een Olivetti M24 met een telefoonmodem plus een Epson LX-86 matrix-printer geplaatst.

Typelinten, zowel de vloeibare als de papieren Tipex en het carbonpapier konden de kast in. Hoewel ik mijn nota’s nog geruime tijd op mijn vertrouwde typemachine bleef tikken: zo raakte de voorraad blanco A4-tjes en het carbonpapier toch langzaam op. Ons bent zunig…

Over het gebruik van Tipex in combinatie met een beeldscherm deed als snel een Belgenmop de ronde: een Belg ziet een typefout op zijn beeldscherm en lakt die weg met Tipex. Na nog enkele fouten te hebben hersteld, constateert hij dat het gebruik van Tipex niet zo handig is…

Blijmaker

Tegelijkertijd vierde Alfa Romeo z’n 75-jarig bestaan met de lancering van de Alfa 75. Alle journalisten die daarbij aanwezig waren kreeg als relatiegeschenk een Olivetti M10. Dat was zeg maar de eerste laptop met een heel klein beeldscherm en een geheugen met een capaciteit van 10.000 tekens. Ik heb het destijdse staaltje hi-tech nog. Wellicht wordt-ie nog geld waard.

Over het aannemen van dit (dure) relatiegeschenk was in journalistieke kringen nogal wat te doen. Guus Peters was namens De Gooi- en Eemlander bij deze presentatie aanwezig. Hij had de ’blijmaker’ in dank aanvaard en vrolijk mee naar huis genomen. Hoofdredacteur Wim Meinders kreeg echter lucht van dit relatiegeschenk en riep Guus op het matje. Woorden als ”onaanvaardbaar”, ”omkoping” en ”in strijd met de journalistieke ethiek” vlogen over tafel. Uiteindelijk kwam Guus met de schrik vrij: hij kreeg een waarschuwing: ”Nooit meer doen!”.

AutoPress

Eind april 1999 organiseerden de Zuid-Koreaanse automerken Daewoo, Hyundai, Kia en SsangYong gezamenlijk een persreis naar de Seoul Motorshow. Om heet van de naald een verslag te kunnen maken voor het blad AutoPress had ik een destijds moderne laptop van het merk Texas Instrument aangeschaft met een aparte disc-drive voor de foto-cd’s. Internet was net bezig aan zijn wereldwijde opmars; van USB-sticks had nog niemand gehoord. Die laptop heb ik nog: misschien wordt-ie ooit nog ’ns geld waard als curiositeit. Je weet maar nooit.

Na de persdag was er ’s avonds nog een gezellig diner, waarbij het gegiste sap van uitgeperste rode druiven rijkelijk vloeide. Daarna heb ik nog tot in de late uurtjes in de hotelbar zitten kletsen. Vervolgens tussen twee en zes uur ’s-nachts in de hotelkamer een vrolijk, fris en fruitig verslag zitten breien. Dit via het wereldwijde web doorgestuurd naar de redactie in Weesp. Op  de diverse CD-rom’s vervolgens de bijpassende foto’s uitgezocht en doorgejast. Door het tijdverschil kon ik pas in de loop van de Koreaanse-middag informeren of alles in goede orde in Weesp was aangekomen. Dit bleek gelukkig het geval. Ik zo trots als een aap.

Mijn collega’s constateerden toen dat digibeet-Willem toch niet echt zo’n grote digibeet was als hij vaak pretendeerde te zijn. Kortom, ik digibeet? Valt eigenlijk best wel mee.