Door Hans van Sunder op woensdag, 01-03-2017 in

Veel plussen, weinig minnen

Ford schuift een klasse op met de vervanger van de Ka, die dan ook heel toepasselijk Ka+ gaat heten. Kwam de kleine Ka (laat ik hem zo maar even noemen) uit Polen, waar hij samen met de Fiat 500 van de band liep. De nieuwe Ka+ komt uit India en is een flink stuk groter.

Overigens komt er van de huidige Ka geen opvolger. Dit betekent dus dat Ford nu dus geen model meer heeft in het A-segment. Of dat in de toekomst zal veranderen, is nog niet bekend.

De Ford Ka+ is ontwikkeld als ‘global car’ en maakt onderdeel uit van de One Ford-strategie. De auto is al een aardige tijd in Brazilië en India te koop. Die auto’s  zijn duidelijk anders, dan voor de Europese markt. Die is op tal van punten aangepast, zoals een fraaiere afwerking van het interieur, andere voorstoelen en gewijzigd onderstel. In Europa worden nu eenmaal andere eisen gesteld, ook al aan een budgetauto.

Het aanbod is zeer overzichtelijk, ook een aanwijzing, dat hij voor een beperkte doelgroep bestemd is. Welke doelgroep? Mensen die een functionele en ruime auto zoeken, die betaalbaar is en niet in het straatbeeld al teveel hoeft op te vallen. De Ka+ is met één motor te leveren. Het gaat dan om een 1.2 liter viercilinder, zonder poespas als een turbo. Daar zijn twee versies van. Met 51 kW/70 pk of 63 kW/85 pk. De minst krachtige in Trend Essential en de krachtigste in Trend Ultimate uitvoering. Die worden nu, door een prijsverlaging van 700 euro per 1 februari aangeboden voor 13.295 en 14.595 euro (all-in). Ik heb met de 85 pk-versie gereden met vrijwel alle opties (Technology Pack, 15-inch lichtmetalen wielen, automatische airco, cruise control, verwarmbare voorstoelen en rode metallic lak). Hierdoor kwam de prijs op 16.990 euro uit.

Concurrenten

Zonder de details van de Ka+ te kennen, zou ik hem als concurrent zien van de Volkswagen Up!, Opel Karl, Seat Mii, Skoda Citigo, Renault Twingo en andere modellen uit het A-segment. Maar de Ka+ hoort daar niet thuis, maar aan de onderkant van het B-segment. Hij is met 3,93 meter namelijk drie decimeter langer dan de Ka. Met de Ka+ een budgetauto te noemen, doe ik hem echt tekort. Hij heeft geen sprankelend uiterlijk en in het interieur kom je hier en daar plastic tegen. Maar aan de term budgetauto hangt een negatieve connotatie die de auto niet verdiend. Toch wordt hij door Ford zelf een Budget B-car genoemd. Dus geen directe concurrent van de eigen Fiesta, VW Polo, Opel Corsa, nieuwe Nissan Micra, Peugeot 208, Citroën C3, Renault Clio, Seat Ibiza en Skoda Fabia, maar meer van de nieuwe Kia Rio (prijs vanaf 15.735 euro) en de Dacia Sandero (prijs vanaf 11.680 euro). Maar die twee zijn weer ruim één decimeter groter dan de Ka+ en hebben ook een langere wielbasis.

Functioneel

De Ka+ heeft een functioneler design dan de sportiever ogende Fiesta. Het is een vijfdeurs hatchback met typische Ford designelementen (grille). Door zijn maatvoering schurkt de Ka+ heel dicht tegen de huidige Fiesta aan. Die is slechts twee centimeter langer, maar heeft dezelfde wielbasis van 2,49 meter. Sprankelend kun je het design niet echt noemen. De voorzijde heeft nog wel enig karakter, maar daarna is het ontwerp inwisselbaar, wat anoniem. De Ka+ is dan ook een auto die bedoeld is voor mensen die meer aan functionaliteit dan aan uiterlijk vertoon hechten. Die rijden met de Ka+ zeker niet voor gek, maar de Ka+ is geen nekkendraaier.

Ruimtelijk

Het is heel knap dat Ford er met de Ka+ in is geslaagd om binnen een lengte van vier meter een verrassend ruime auto te ontwikkelen. Zo is de laadruimte van 270 liter maar een fractie kleiner dan van de Fiesta (295 liter). Daar staat tegenover dat ik, met mijn 1,90 meter, verrassend goed achterin kan zitten. Been- en hoofdruimte zijn toereikend en er zijn nog eens 21 opbergvakjes. Bovendien is de achterbank goed bereikbaar, want de Ka+ is een vijfdeurs hatchback.

Ford mag de Ka+ dan positioneren als een Budget B-car, de afwerking staat desondanks op een acceptabel niveau. Wel de nodige harde plastics, maar met een fraaie structuur, een strak en modern dashboard en genoeg steun gevende stoelen. Ook is hij zeker niet kaal te noemen. Zo behoren Ford SYNC, Ford MyKey, elektrische raambediening (vóór) en elektrisch verstelbare buitenspiegels, alsook centrale deurvergrendeling en Hill Start Assist tot de standaarduitrusting. En er zijn de nodige opties, zoals in mijn Ka+ voor een week.

Toeren

Zoals er slechts twee uitrustingsniveaus zijn, zo is er ook maar keuze uit twee motoren. Het zijn beide zogenaamde 1.2-liter Duratec benzinemotoren gekoppeld aan een handgeschakelde vijfversnellingsbak die de voorwielen aandrijft. De minst krachtige van de twee levert 52 kW/70 pk en 105 Nm. De ander, waarmee ik op pad ben geweest, is goed voor 63 kW/85 pk en 112 Nm en zal in ons land uitsluitend als Eco te leveren zijn. Die versie heeft een iets langere eindoverbrenging , waardoor hij met 110 g/km CO2  (4,7 l/100 km) zelfs iets zuiniger is dan de 52 kW/70 pk versie. En de prestaties zijn beter. De 85 haalt een topsnelheid van 168 km/uur en heeft 13,6 seconden nodig voor de sprint van 0 naar 100 km/uur.

Het motortje presteert naar behoren. Heeft bij lage toeren niet al teveel trekkracht, dus als je vlot wilt rijden moet je de motor op toeren houden. Echt op de voorgrond treedt hij niet. De vijfbak schakelt prima en van de beloofde (labo-theoretische) 1 op 21,3 blijft in de praktijk 1 op 16,7 over.

Dikke voldoende

Veel componenten van de huidige Fiesta zijn ook in de nieuwe Ka+ terug te vinden. Ford wil de Ka+ namelijk laten rijden als een Fiesta, die een goede reputatie heeft opgebouwd met zijn uitstekende rijeigenschappen. Zo is de EPAS-besturing (elektrische stuurbekrachtiging) van de Ka+  gebaseerd op die van de Fiesta en dat geldt ook voor de nodige onderdelen van het onderstel. En de Fiesta staat bekend als een prima rijdende auto en de Ka+ doet daar niet veel voor onder. Je kunt hem best sportief rijden en er is bij de afstelling van het onderstel een goede modus gevonden tussen comfort en goede wegligging. Ook de besturing voldoet aan de verwachtingen. Kortom een dikke voldoende. Ook voor de remmen.

Conclusie

De Ka+ een budgetauto noemen is hem te kort doen. Het is een betaalbare auto met opvallend veel binnenruimte. Van buiten is hij dat echter niet, opvallend bedoel ik. Hij heeft veel plussen en weinig minnen en bedient een doelgroep die voor niet teveel geld een keurige auto wil. Dat is de Ka+ met als bonus een prima rijgedrag en veel binnenruimte.