Door Hans van Sunder op donderdag, 21-02-2019 in

Update is upgrade

Vier jaar nu gaat de huidige Hyundai Tucson mee. Tijd dus voor een update. Niet alleen optisch zijn er wijzigingen doorgevoerd, maar ook het interieur is grondig aangepast. Verder is er een nieuwe Smart Stream dieselmotor geïntroduceerd en zal binnenkort een 48-volt diesel-mild-hybrid de gelederen komen versterken. Genoeg reden voor een hernieuwde kennismaking. Helaas niet met de versie met de nieuwe dieselmotor, maar de 1.6 T-GDI benzinemotor is zeker geen straf.

Voor Hyundai is de Tucson enorm belangrijk. Het is namelijk het bestverkochte model van het merk in Europa. Dat succes is niet vanzelfsprekend. Om (nieuwe) klanten te blijven trekken, moet deze compacte SUV wel zo aantrekkelijk mogelijk blijven. Dat is wat er is geprobeerd met deze substantiële facelift. En het moet gezegd: die is geslaagd.

In de beginjaren kon Hyundai vooral op prijs heel goed concurreren. Een budgetmerk was het zeker niet, maar de kwaliteiten (bouw- en rij-) bleven ver achter op die van Europese merken. Die tijd is allang voorbij. Een Hyundai – ongeacht welk model – kan moeiteloos de strijd aan met de Europeanen.
Overigens ook in prijs, want een koopje is de Tucson namelijk niet. Hij is leverbaar vanaf 32.995 euro (1.6 GDI i-Drive). Voor de door mij gereden 1.6 T-GDI Premium moet 45.995 euro betaald worden, maar die is dan ook van alle gemakken voorzien. Staat standaard op 19-inch lichtmetalen wielen, heeft een 360 graden Around View Monitor, Full LED verlichting, KRELL Premium geluidsinstallatie, elektrisch verstelbare stoelen met verwarming en ventilatie, verwarmd stuurwiel, flink veel (actieve) veiligheidsuitrusting, adaptieve cruise control en een groot touchscreen midden op het dashboard.

Concurrenten

Hyundai kan zich tegenwoordig op alle terreinen meten met de Europese en Aziatische concurrentie en dat zijn er nogal wat. Leest u even mee: Ford Kuga, Honda CR-V, Jeep Compass, Kia Sportage, Mazda CX-5, Mitsubishi Eclipse Cross, Nissan Qashqai, Opel Grandland X, Peugeot 3008, Renault Kadjar, Seat Ateca, Skoda Karoq, Subaru XV, Toyota RAV4 en Volkswagen Tiguan.

Scherper

De wijzigingen aan de Tucson zijn niet spectaculair, maar hij ziet er daardoor wel beter en scherper uit. Zo heeft de Cascade-grille nu vier in plaats van drie lamellen en zijn de dagrijlichten in de mistlampen geïntegreerd. De koplampen zien er nagenoeg hetzelfde uit, maar hebben nu wel LED’s. Verder zijn de bumpers en skidplates nieuw ontworpen en de forse 19-inch wielen (standaard op Premium) maken de Tucson extra stoer. Zo ook de verchroomde dubbele uitlaat en de iets scherpere lijnen in de achterklep. Ook de achterlichten hebben LED’s.

Nieuw dashboard

Binnenin is er meer gebeurd. Om te beginnen is een nieuw dashboard gemonteerd, dat sterke overeenkomsten vertoont met bijvoorbeeld de KONA. Zo is de bovenzijde van het dashboard nu bekleed met hoogwaardig en zacht aanvoelend materiaal. De kwaliteitsbeleving is hierdoor veel hoger. Daar zorgt de lederlook bekleding ook voor en verder is alle luxe aan boord. Het grote touchscreen op het dashboard is simpel te bedienen en de afleesbaarheid is uitstekend. Het zit ook op de juiste plek, waardoor je tijdens het bedienen je blik op de weg kunt houden.
Door de zeer goede (elektrische) verstelbaarheid van de bestuurderstoel (10 standen) en de in hoogte en diepte verstelbare stuurkolom is een bijna perfecte zitpositie te creëren. Daarbij geven de stoelen, ondanks hun leren bekleding, goede steun, maar de zitting zou voor mij (1,90 meter) iets langer mogen zijn. Achterin is het prima te doen in de Tucson, ook voor langere mensen. Bovendien is de laadruimte met 513 liter dik in orde en is uit te breiden door de achterbank geheel of gedeeltelijk neer te klappen (1.503 liter).

1.6 T-GDI

De 1.6 T-GDI is een oude bekende en die stelt ook nu niet teleur. Hij is goed voor 130 kW/177 pk en een maximum koppel van 265 Nm tussen de 1.500 en 4.500 toeren(!). Hij is dus heerlijk soepel en het is niet echt nodig om veel toeren te maken voor een vlotte rijstijl. Daardoor blijft de motor ook mooi op de achtergrond. De door mij gereden Tucson was uitgerust met een 7DCT-automaat met dubbele koppeling. Die kent twee rijmodi: Normal en Sport. Motor en transmissie vormen een uitgebalanceerde combinatie. Over de prestaties hoef je je ook geen zorgen te maken. De topsnelheid ligt net boven de 200 km/uur en om vanuit stilstand de 100 km/uur te halen heeft deze Tucson slechts 8,9 seconden nodig.
En dan het verbruik. Hyundai belooft (NEDC-conversie) een gemiddeld verbruik van 1 op 13,9 (met 19-inch wielen), maar daar blijft 1 op 10,6 van over.

Solide

Als ik het rijgedrag van de vernieuwde Tucson in één woord zou moeten karakteriseren, dan is het solide. Hij voelt heel betrouwbaar en stevig aan. Heeft ondanks zijn hogere opbouw weinig last van zijwind, voelt veilig aan op hoge(re) snelheid en hij stuurt dankzij de R-MDPS elektrische, motor-bekrachtigde tandheugelbesturing direct en met veel gevoel. Geen vaagheid in de middenpositie. Hyundai heeft voor een best wel stevige afstelling van het onderstel gekozen. Vooral met kleine oneffenheden en drempels hebben de vering en demping wat moeite. Toch staat het rijcomfort op een alleszins acceptabel niveau. Remmen doet de Tucson uitstekend.
Tot de standaard veiligheidsuitrusting van de Premium behoren onder andere Forward Collision-avoidance Assist (FCA, adaptieve Cruise Control, Around View Monitor, Driver Attention Alert, Blind-spot Collision Warning, Trailer Stability Assist, Down Hill Brake Control en Lane Keeping Assist.

Conclusie

Het is werkelijk ongelofelijk hoe Hyundai in de afgelopen twee decennia is geëvolueerd van een veredeld ‘budgetmerk’ tot een fabrikant die zich moeiteloos staande houdt tegenover de Europese concurrentie. Daar is deze vernieuwde Tucson wederom een bewijs van. Hij is weer beter dan zijn voorganger, maar een prijsknaller is het allang niet meer. Wel krijg je heeel veel auto voor je geld.