Door Hans van Sunder op woensdag, 09-11-2016 in

Vaste waarde

Iedere keer dat ik een verhaal schrijf over de Fiat Panda, moet ik onwillekeurig denken aan die grappige tv-commercial uit 1983. U weet wel, die van ‘ Met een Panda lach je iedereen uit’, waarin zijn zuinigheid, enorme binnenruimte, ‘snaakse’ mogelijkheden en top van dik 140 km/uur worden aangeprezen en die eindigt met het beeld van een grinnikende politieman, die de Panda-rijder op de bon gaat slingeren.

De in 1980 voor het eerst gelanceerde Panda, staat aan de wieg van het segment van de stadsauto. Toen nog een bijzonder- en zeldzaamheid, tegenwoordig een doodnormaal beeld op onze wegen. De eerste Panda, ontworpen door Giorgetto Giugiaro, was hoekig en functioneel. Bleef maar liefst 23 jaar vrijwel ongewijzigd in productie. In 2003 werd pas de tweede generatie gelanceerd en die werd uitgeroepen tot Auto van het Jaar 2004. Bood de eerste Panda relatief veel ruimte, dat is daarna nooit veranderd, al evolueerde de Panda met zijn tijd mee. Niet altijd even gelukkig overigens. Zo was de introductie van de tweecilinder TwinAir geen onverdeeld succes. Die ‘fout’ werd hersteld door hem weer gewoon met een 1.2-liter viercilinder te gaan leveren.

Die hebben we aan de tand gevoeld en wel de meest complete 1.2 Lounge. Die kost14.030 euro en heeft dan Lounge specifieke zaken zoals elektrisch bedien- en verwarmbare buitenspiegels, een met leer bekleed stuurwiel, Uconnect radio met zes luidsprekers, smartphonehouder, Panda MY app,  mistlampen voor en een in hoogte verstelbare bestuurdersstoel. Dit bovenop centrale portiervergrendeling met afstandsbediening, elektrische raambediening voor, vier airbags en veiligheidssystemen zoals ABS, ESC (met Hill Holder). Daar kwamen nog de nodige opties bij zoals donker getinte ramen achter (100 euro), in delen neerklapbare achterbank (170 euro), parkeersensoren achter (205 euro), automatische airco (450 euro), DAB radio (100 euro) en zwarte stootstrips op de flanken (155 euro). Voor de metallic lak moet je 495 euro betalen en de 5-persoonsconfiguratie (drie gordels en drie hoofsteunen achter) kost 175 euro extra.

Concurrenten

De eerste Panda was eigenlijk de eerste echte stadsauto. Dat segment is anno 2016 heel veel voller en daarom is het reuze knap dat de Panda toch nog altijd een vaste waarde is in het Fiat-programma en goed verkoopt. Tot en met oktober zijn er dit jaar 2.182 Panda’s verkocht en daarmee is de Panda na de 500 (5.034 stuks) runner-up. En dan te bedenken tegen welke modellen de Panda het allemaal op moet nemen. Even in alfabetische volgorde: Citroën C1, Fiat 500, Ford Ka+, Hyundai i10, Kia Picanto, Lancia Ypsilon, Mitsubishi Space Star, Nissan Micra, Opel Karl, Peugeot 108, Renault Twingo, Seat Mii, Skoda Citigo, Smart forfour, Suzuki Celerio, Toyota Aygo en Volkswagen up! Ga er maar aan staan.

Hoekig

Het ontwerp van Giugiaro is briljant door zijn eenvoud. Niet voor niets is de eerste generatie Panda ruim twee decennia vrijwel onveranderd en populair gebleven. Door zijn hoekige vorm en relatief hoge opbouw heeft hij wel iets van wat we nu een SUV of crossover noemen, al zijn de hoeken nu afgerond en zachter van vorm. Toch heeft de huidige Panda nog hetzelfde DNA als het origineel. Hij is in alle richting alleen wel behoorlijk gegroeid. Was de eerste Panda nog geen 3,40 meter lang. Nu is dat 3,65 meter, terwijl hij in de breedte (van 1,46 naar 1,64 meter) en hoogte (van 1,445 naar 1,55 meter) ook substantieel is gegroeid. Dat geldt ook voor de wielbasis (van 2,16 naar 2,30 meter).

Relatief ruim

Als je het portier van de huidige Panda dichtgooit, dan klinkt die als een solide klusdeur. Dat was bij de eerste Panda – dat weet ik mij nog te herinneren – wel anders. Die klonk nogal blikkerig. En natuurlijk is het interieur met de tijd mee gegaan. Het dashboard/instrumentarium ziet er best wel stoer uit. Het multifunctionele stuurwiel is met  leer bekleed en laat de meters goed zichtbaar. Onder de bediening van de airco hangt de pook, die uitstekend onder handbereik is. Bovenop het dashboard is een houder voor de telefoon te vinden. Daar klik je je GSM in en die kun je met de auto verbinden.

De stoelen in de Panda zouden wat mij betreft beter kunnen. De rugleuning is vlak en de zitting voor mijn lange benen te kort. De ruimte is verrassend, zeker als je die afzet tegen de lengte van slechts 3,70 meter. Met een beetje inschikkelijkheid van degene die voorin zitten, is achterin ook nog plaats voor drie, als het maar geen bodybuilders zijn. De laadruimte is met 225 liter niet al te groot, maar uit te breiden door de achterbank neer te klappen. Deelbaar neerklappen kost extra (170 euro), net als de 5-persoons configuratie met drie hoofdsteunen en drie gordels (175 euro).

Ouwe getrouwe

In de eerste Panda lag een viercilinder, maar ook een tweecilinder, net als nu. De tweepitter kwam uit de Fiat 126, had een cilinderinhoud van 652 cc en leverde 17,7 kW/24 pk.  De viercilinder had 843 of 903 cc en leverde 25 kW/34 pk of 33 kW/45 pk (Panda 34 en Panda 45 geheten). De Panda 1.2 is uitgerust met een viercilinder van 1.242 cc en is goed voor 51 kW/69 pk en 102 Nm bij 3.000 toeren. Geen krachtpatser dus en dat lat zich merken bij de prestaties. Maar met een acceleratie van 0 naar 100 km/uur in 15 seconden en een top van 164 km/uur kun je prima in het dagelijks verkeer meekomen. Wil je een beetje vlot rijden, dan is het wel zaak de motor op toeren te houden. De vijfbak schakelt naar behoren. Een grootverbruiker is de Panda niet. De beloofde 1 op 21,3 wordt weliswaar niet gehaald, maar 1 op 17,2 is keurig.

Stevig

Zoals er ook weinig is aan te merken op het rijgedrag. Wel valt de vrij stugge afstelling van het onderstel op. Daarom moet je met beleid (lees lage snelheid) een drempel nemen, anders zitten je nieren op een andere plek. Ook de besturing zou iets meer gevoel in de middenpositie mogen hebben. Bij parkeren is de City-stand handig, want dan werkt de bekrachtiging nog beter. De Panda is bovendien behoorlijk onderstuurd, dus al snel zoekt de neus van de auto de buitenkant van de bocht op. De remmen zijn OK.

Conclusie

In de afgelopen meer dan 35 jaar heeft de Panda het hart van velen gestolen. Ook wel een beetje dat van mij, al heb ik zelf nooit een Panda gehad. Maar als ik er één zien, dan verschijnt er een lach op mijn gezicht. Niet die irritante grijns van die politieagent uit die commercial van 1983, maar een vertederende glimlach.