Door Hans van Sunder op vrijdag, 11-01-2019 in

Multitalent

Begin vorig jaar heb ik met de Dacia Duster TCe 125 Comfort gereden. Conclusie was dat je (nog steeds) veel waar voor je geld krijgt. Aan de toen door mij gereden Duster hing een prijskaartje van iets meer dan 22.000 euro. Eind vorig jaar ben ik weer in een Duster gestapt. Dit keer in de 125 TCe met vierwielaandrijving en uitgevoerd in complete Prestige.

Daarvoor moet minimaal 24.390 euro betaald worden, maar met de nodige extra’s (oranje metallic lak, leren bekleding, in zwart uitgevoerd dashboard, 360 multiview camera, elektronische airco, stoelverwarming) komt de prijs van de testauto uit op 27.540 euro.

Dus zeker deze uitvoering is geen echte budgetauto meer. Je krijgt nog steeds wel veel waar en vooral veel binnenruimte voor je geld. Als er ergens op bespaard wordt, dan is het vooral op actieve veiligheidssystemen. Daar laat de Duster nog wat steken vallen. Alleen cruise controle met snelheidsbegrenzer is standaard op alle versies. Blind Spot Warning, achteruitrijcamera en parkeersensoren achter zijn uitsluitend standaard op Prestige en niet meer dan een 360 graden multiview camera behoort tot de opties. Zaken zoals Lane Departure Warning of noodstop zijn niet leverbaar.
Echter, de door mij gereden Prestige wel behoorlijk luxe aangekleed met elektronische airco, MediaNav multimediasysteem, boordcomputer, getinte ruiten achter en verstelbare lendensteun op de bestuurdersstoel. Overigens is er nog een Duster voor minder dan 20 mille (19.280 euro) te koop.

In de Duster nu de nieuwste Renaultmotoren, dus ook op dit terrein gaat het de goede kant op. En Laurens van den Acker, de Nederlandse ontwerpbaas die met veel succes de complete Renault-lijn opnieuw heeft gemodelleerd, heeft ook met een kritisch oog naar de Duster gekeken en de nodige retouches doorgevoerd.

Concurrenten

Als je op basis van prijs de concurrentie opzoekt, dan kom je uit bij onder andere ‘eigen’ huis de Renault Captur, Peugeot 2008, Opel Crossland X, Nissan Juke, Fiat 500X, Ford EcoSport, Suzuki Vitara, Kia Stonic, Hyundai KONA, Seat Arona en Citroën C3 Aircross. Maar die zijn stuk voor stuk kleiner dan de Duster en een van de weinigen met vierwielaandrijving als optie.

Stoerder

Als het om het koetswerk gaat, is er niet spectaculair gesleuteld aan de Duster, hoewel hij wel nieuw is. Wat wel direct opvalt is dat de voorruit verder naar voren is geplaatst (één decimeter) en iets steiler staat. De nieuwe grille maakt de Duster stoerder en verder scherpe vouwen op de motorkap, flink uitgebouwde wielkasten, satijn-chromen skidplates voor en achter en flinke 17-inch lichtmetalen wielen. Apart zijn ook de vierkante achterlichten en matzwarte kunststof dorpels lopen achter de voorste wielkasten een flink stuk omhoog.

Riante ruimte

Het is niet de eerste keer dat ik klaag over het feit dat de zitting van de bestuurdersstoel te kort is, maar ik ben dan ook 1,90 meter. De stoelen in de Duster zijn verbeterd, maar dit euvel is nog niet helemaal verholpen. Het is wel fijn dat het stuur nu niet alleen in hoogte, maar ook in diepte versteld kan worden. Hierdoor zit je net wat beter. Een dikkere voorruit en meer geluidisolatie maakt de Duster ook een stuk stiller dan voorheen. Plastic kom je in het interieur nog steeds tegen, maar toch de afwerking hoogwaardiger over, omdat dit kunststof er fraaier uitziet en beter aanvoelt. Over comfort verhogende zaken heb je niet te klagen, ook niet over het multimediasysteem. De 360 graden multiview camera werkt echter wel wat traag. Zo gebeurde het mij een keer dat ik in een voor mij onbekende stad wegreed, de navigatie had geactiveerd, maar bij de eerste afslag niet wist of ik nu naar links of rechts moest, omdat de camera nog aanstond.
Aan ruimte in de Duster geen gebrek. Voorin zit je prima en op de achterbank is het met enige inschikkelijkheid van degene die voorin zitten ook goed te doen. De laadruimte is riant en varieert van 478 tot 1.623 liter.

4×4

De TCe 125 benzinemotor is een oude bekende, want die lag ook in de Duster die ik begin vorig jaar al mee reed. Deze viercilinder turbobenzine is goed voor 92 kW/125 pk en een maximum koppel van 205 Nm vanaf 2.000 toeren. Die zorgt voor een topsnelheid van 177 km/uur en een acceleratie van 0 naar 100 km/uur in 10,4 seconden. Hij komt ook best vlot over, is gekoppeld aan een prettig schakelende zesversnellingsbak en heeft voldoende trekkracht bij lage toeren. Je hoeft hem dus niet hoog in de toeren te jagen en blijft altijd keurig op de achtergrond.
Op de middenconsole heb je een draaiknop waarop je de aandrijving in kunt schakelen. Er zij drie opties: 2WD, Auto en Lock On/Off. Het handigste is om de bak in Auto te laten staan. Dan kiest hij altijd de juiste verdeling van de aandrijfkrachten over voor- en achterwielen. In het terrein is de Lock-functie handig.
Met 1 op 12,8 bleef de consumptie mooi binnen de perken.

Meer grip

Als het om de rijeigenschappen gaat is de Duster niet echt een hoogvlieger, maar de wegligging is zeker acceptabel. In 2WD-stand is hij licht onderstuurd. Worden alle vier de wielen aangedreven, dan heb je – zeker lastige omstandigheden (sneeuw of regen) gewoon meer grip. En je kunt een flinke aanhanger achter je Duster handen.
Hoewel de besturing verbeterd is, zou deze in de middenpositie toch wel iets meer feedback mogen geven. Van zijwind heeft de Duster weinig last en de meeste oneffenheden worden keurig gladgestreken. Door die wat comfortabele vering helt hij in de bochten wel een beetje over. Over de remmen geen klagen.

Conclusie

Voor ruim 27.000 euro kun je de Dacia Duster TCe 125 4×4 Prestige natuurlijk niet echt een budgetauto noemen. Maar als je hem vergelijkt met zijn concurrenten dan krijg je nog steeds veel meer auto, vaak voor minder geld. Van binnen mag het dan misschien wat sobertjes zijn, maar je hebt wel veel ruimte, de motor is dik in orde en ook wat de rijeigenschappen betreft heb je niet te klagen. De vierwielaandrijving heeft echt een toegevoegde waarde.
Wel wordt het tijd om met name op het gebied van actieve veiligheid nu stappen te gaan maken.